In deze blog lees je waarom je nooit cirkeldiagrammen zou moeten gebruiken.
“Wat een heftige statement”, dat is wat wij dachten toen we het artikel ‘Save the Pies for Dessert’ lazen van de ervaren business intelligence expert Stephen Few. Volgens de heer Few zou je nooit cirkeldiagrammen moeten gebruiken.
De redenen die Stephen aandraagt tegen het gebruik van cirkeldiagrammen vonden wij echter zeer verrassend en brachten ons tot het schrijven van dit artikel. We hebben de voordelen die Stephen noemt afgezet tegen de nadelen.
Je mag na het lezen van het artikel natuurlijk zelf bepalen of je nog cirkeldiagrammen wil gebruiken in dashboards. Onderaan de post lees je onze eigen conclusie en vind je een link naar het artikel van Stephen Few.
Voordelen van Cirkeldiagrammen
We beginnen met de voordelen van het gebruik van cirkeldiagrammen in dashboards:
Voordeel 1: Een intuïtieve manier voor een samenstelling van een geheel
Als kind leerde je al om te rekenen met breuken met behulp van “taarten”. Het visualiseren van bijvoorbeeld een kwart, of de helft met behulp van een taartpunt werkt bijzonder intuïtief. Het leert kinderen sneller te begrijpen wat 1/2 of 1/4 werkelijk betekent. Dit is waarschijnlijk het grootste voordeel van een cirkeldiagram: De natuurlijke verhouding van een samenstelling van een geheel zit er als het ware ingebouwd. Een staafdiagram bijvoorbeeld heeft dit voordeel niet.
Voordeel 2: Mensen houden van Cirkeldiagrammen
Het lijkt misschien geen echt voordeel, maar dat is het wel. Mensen houden van cirkeldiagrammen en het gebruik van cirkeldiagrammen in dashboards kan de betrokkenheid van de eindgebruikers daarom verhogen. Waarom mensen zo van cirkeldiagrammen houden is niet helemaal duidelijk. Misschien om bovenstaande reden, of misschien omdat wij mensen van nature aangetrokken worden tot ronde objecten, zoals dit Harvard onderzoek aantoont.
Een ding is duidelijk: Cirkeldiagrammen worden heel veel gebruikt en mensen kijken er graag naar. Wanneer mensen aangetrokken worden tot iets dan hebben ze de neiging om er eerder, of langer naar te kijken. Dit kan een groot voordeel zijn, want het meest nutteloze dashboard dat er bestaat, is er een die niet gebruikt wordt!
Hou je vast, want hier komen de nadelen van cirkeldiagrammen. Het zijn er maar liefst 5!
Nadeel 1: Mensen zijn slecht in het inschatten van de grootte van een oppervlakte
Een groot voordeel van een cirkeldiagram is dus dat direct duidelijk is dat de taartpunten delen zijn van een bepaald geheel. Echter blijken wij mensen maar slecht te kunnen inschatten wat de omvang is van een bepaalde ‘taartpunt’.
Een testje om dit te verduidelijken: Als de kleine cirkel in onderstaande afbeelding 1 is, hoe groot is dan de grote cirkel ongeveer?
Niet eenvoudig he? Bovenstaande vraag is gesteld aan een groep studenten. De antwoorden liepen uiteen van 6 tot 50. Het werkelijke antwoord is 16. Zat je in de buurt met je schatting?
Nadeel 2: Mensen zijn slecht in het inschatten van hoeken
Maar bij een cirkeldiagram heb je ook nog de hoeken die je helpen met het inschatten van de grootte van de verschillende delen horen wij je zeggen (hoek van 90 graden betekent taartpunt van 25%). Wederom hebben we slecht nieuws voor je: Ook dit kunnen wij mensen maar slecht inschatten.
Probeer het maar eens met een werkelijk cirkeldiagram: Sorteer de taartpunten van onderstaand cirkeldiagram van groot naar klein. Gebruik je volle inschattingsvermogen door zowel naar de grootte, als de hoeken van de verschillende taartpunten te kijken. Nog steeds verdomd lastig hè?
Naomi Robbens schrijft in het boek ‘Creating more effective graphs‘ het volgende:
Nadeel 3: De positie van een taartpunt is van sterke invloed op je inschattingsvermogen
Wat wij mensen wel redelijk goed kunnen is het inschatten van taartpunten die in de buurt komen van 25%, 50% en 75%. Maar het slechte nieuws is dat de positie van de taartpunt van grote invloed is op je inschattingsvermogen. Ter illustratie nogmaals een voorbeeld: In onderstaand cirkeldiagram zie je 6 taartpunten. Het is eenvoudig om in te schatten dat de groene punt 25% van het geheel betreft.
Bekijk nu eens het cirkeldiagram hieronder:
Als we je in het tweede voorbeeld hadden verteld dat de groene punt 30% betreft van het geheel dan had je het waarschijnlijk geloofd. Maar er is geen enkele waarde gewijzigd bij dit tweede cirkeldiagram. De punten zijn alleen gesorteerd op volgorde van grootte.
Bij het eerste cirkeldiagram kun je eenvoudig inschatten dat het groene deel 25% is, maar dit komt niet door de 90 graden hoek, maar door de positie van de taartpunt. Je ziet het omdat de taartpunt precies begint op de ‘6 uur positie’ en eindigt op de ‘9 uur positie’. We gebruiken bij een cirkel 4 punten om onszelf te oriënteren: de absolute bovenkant, rechterkant, onderkant en linkerkant. Oftewel: de 12 uur, 3 uur, 6 uur en 9 uur positie van een klok. Bij het tweede voorbeeld valt deze houvast weg en is het een heel stuk lastiger om de groene taartpunt in te schatten.
Je zou natuurlijk labels kunnen toevoegen om te laten zien hoe groot de taartpunten zijn, maar wat je dan eigenlijk doet, is het compenseren van de nadelen van het cirkeldiagram. En daar komt nog bij: Bij veel en/of hele kleine taartpunten kom je in het gedrang met de labels, wat weer ten koste gaat van de leesbaarheid.
Nadeel 4: Het vergelijken van de verschillende delen is lastig
Onderstaand staafdiagram visualiseert precies dezelfde gegevens als bovenstaande cirkeldiagrammen. Merk hierbij op dat de verschillende delen van het geheel zich veel eenvoudiger laten vergelijken ten opzichte van elkaar, dan in het cirkeldiagram. Ook het verschil in waarde is veel eenvoudiger af te lezen.
Is dit niet veel duidelijker? Het labelen van de delen is niet nodig, want u heeft de schaalverdeling. hierdoor is direct duidelijk hoe groot ieder deel is en hoe zich dat verhoudt tot de rest en het totaal. Wanneer we een grotere gegevensset pakken met bijvoorbeeld 12 waarden in plaats van 6, dan is het effect nog veel groter en is het cirkeldiagram nutteloos. Zeker in vergelijking met het staafdiagram, dat nog steeds een helder overzicht biedt.
Natuurlijk hebben cirkeldiagrammen ook een schaalverdeling, maar deze is nooit zichtbaar. Een cirkeldiagram met een schaalverdeling zou er als volgt uitzien. Maar zou het je veel helpen?
Nadeel 5: we hebben de neiging om Cirkeldiagrammen op te leuken
Cirkeldiagrammen zijn aantrekkelijk voor het oog. Daarom hebben we de neiging om ze nog mooier te maken: We zetten ze in perspectief (3D), we gebruiken schaduweffecten, of glansjes. Dit komt de leesbaarheid vaak niet ten goede.
Wanneer je een cirkeldiagram in perspectief zet, maak je het moeilijker om het op de juiste manier te lezen. Kijk maar eens naar onderstaand voorbeeld. Onderstaande cirkeldiagrammen zijn precies hetzelfde(!). Merk op hoe erg het beeld vertekend wordt door het cirkeldiagram in 3D te zetten.
Hieronder het effect van een glansje. Als je snel kijkt, lijkt het wel alsof het cirkeldiagram 3 taartpunten heeft in plaats van twee. Moeten we nog meer zeggen?
Conclusie
Wij hebben cirkeldiagrammen nog niet afgeschreven. De nadelen die Stephen noemt in zijn verhaal zijn duidelijk in de meerderheid, maar de twee voordelen wegen wat ons betreft zwaar: Cirkeldiagrammen zijn zeer intuïtief en mensen kijken en gebruiken graag cirkeldiagrammen. Dit zijn twee hele belangrijke voordelen, want één van de belangrijkste redenen waarom Business Intelligence projecten mislukken is een gebrek aan acceptatie bij de eindgebruikers.
Het meest belangrijk is dat de eindgebruikers de applicatie daadwerkelijk gaan gebruiken. Gebeurt dit niet dan kan een BI dashboard nog zo goed in elkaar gezet zijn, dan is je applicatie nutteloos! Het onderzoeksbureau Aberdeen zegt in hun rapport over BI niet voor niets: ‘Adoption is everything!’
Wij adviseren je: Gebruik cirkeldiagrammen met gepaste terughoudendheid en hanteer de volgende best practices:
- Gebruik cirkeldiagrammen alleen bij beperkte datasets
- Zet geen cirkeldiagrammen naast elkaar om verschillende datasets met elkaar te vergelijken
- Sorteer de taartpunten van groot naar klein
Bron: ‘Save the Pies for Dessert’ – Stephen Few